“Geef mij maar een borrel.”
De man heeft een baard, een warrige haardos, een lange gescheurde jas, een broek die al jaren niet gewassen is en versleten sportschoenen.
“Geef mij maar een borrel”, bromt hij nog een keer tegen het meisje achter de bar.
Het is de nieuwjaarsreceptie van de gemeente in de schouwburg van Almere.
Veel driedelig grijs, mantelpakjes en degelijke jurkjes.
Het is ‘ons kent ons’
Tout Almere is er.
De elite.
Het meisje achter de bar kijkt de man aan.
Die hoort hier niet, zie je haar denken.
Hoewel de nieuwjaarsreceptie voor iedereen is. Mij is ook niet naar mijn toegangsbewijs gevraagd.
“Dorst”, bromt de man. “Borrel.”
Maar het meisje geeft geen krimp.
Geen driedelig pak… geen borrel.
Al ben je nog duizend keer Almeerder.
Op de nieuwjaarsreceptie liepen tientallen politici rond. De burgemeester. Wethouders.
Niemand merkte de man op.
Terwijl dit het moment geweest zou zijn met hem in gesprek te gaan.
Met hem het glas te heffen op de toekomst.
Misschien een betere.
Maar, de elite had wat beters te doen.
Netwerken, hapjes nuttigen, nieuwjaarsluchtzoenen uitdelen en… elite spelen.
De man droop af en sjokte over de Esplanade richting de vuilnisbakken.
Die zijn gastvrijer en leveren dus meer op dan een nieuwjaarsreceptie.
Die voor alle Almeerders is.