Opa geeft thuis-onderwijs

Mijn kinderen werken in het onderwijs en de zorg.
Essentiele beroepen.
Dus de vier kleinkinderen zijn bij ons. Want de scholen zijn dicht.
Opa moet nu thuis-onderwijs geven.
‘Goedemorgen’, zegt de juf om 9.00 uur via de tablet. “We gaan rekenen.”
Opa staat juichend op de banken.
Als stimulans.
Maar kleinzoon kijkt somber voor zich uit.
Juf geeft wat sommen op, maar een aantal kinderen heeft de microfoon nog open staan.
Iedereen kletst er doorheen.
Juf vraagt of de microfoons uit kunnen.
Maar desondanks hoor ik toch nog ouders voorzeggen aan hun kinderen.
“Goed gedaan, Jamy”, zegt de juf.
Maar het antwoord kwam zonneklaar van zijn papa.
Na een half uur is de online les klaar.
En nu?
Kleinzoon laat een brief zien waarin staat wat hij moet doen.
Twee uur rekenen en lezen.
Nu kijk ik ook somber voor me uit.
In de brief staat ook nog een gym-opdracht.
Die lachen we samen weg.

‘Middags is kleindochter aan de beurt.
Verhaaltjessommen.
‘Kees rijdt in 45 minuten 17 kilometer. Hoeveel kilometer rijdt Kees in 78 minuten?’
Verbijsterd kijk ik naar de opdracht.
In 59 jaar is het onderwijs geen spat veranderd.
Als kind begreep ik de verhaaltjessommen niet, als opa nog steeds niet.
Plus dat ik nu het besef heb dat mij volkomen ontgaat waarom je dit soort sommen moet maken.
Dus met de verhaaltjessommen zijn we snel klaar.
En was het de rest van de middag meteen pauze met chocolademelk met dubbel slagroom.

Dit bericht is geplaatst in Blog. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *