Ik had vandaag geen tijd meer voor het Stedelijk museum in
Amsterdam, dus op de fiets naar de Expo in de Schouwburg van Almere.
Alleen nog door de wethouder van cultuur ‘KAF’ genoemd.
Almere fietsstad.
De hele Esplanade is afgesloten voor voetgangers en fietsers.
Dit ten behoeve van de Floriade.
Tot eind 2020.
Maar dat ter zijde.
Ik fiets om langs de Mediamarkt en kom bij de trap naar de schouwburg.
25 treden lager is de fietsenstalling van de schouwburg.
Dus de fiets op de nek en naar beneden.
“Ik kom voor de Expo”, zeg ik tegen het meisje bij de receptie.
Het donderde in Keulen.
“Die is vandaag open tot vijf uur”, help ik, “staat op jullie internet.”
“Ik zie het”, zegt ze. “Ik zal eens even bellen.”
Ik ben in een gebouw dat 7 miljoen euro per jaar toucheert aan subsidie.
En dan moeten ze iemand bellen omdat er een bezoeker is.
Ik krijg een persoonlijke begeleidster mee die de deur voor me opent.
Daar staat nog een medewerkster.
Het blijken vrijwilligsters.
Het geld van KAF zal wel op zijn.
Ik loop door de zalen.
Foto’s van land-art van Flevolandse kunstenaars.
Land-art dat er nooit zal komen.
De fototentoonstelling van een Chinese dissident is aardig om even langs te lopen.
Maar het klapstuk is toch wel de tentoonstelling over de ontwikkeling van de Esplanade ten behoeve van de Floriade.
Ik kan door een 3d-machine kijken om te beleven hoe het er uit komt te zien.
Maar die machine doet het niet.
De begeleidsters schieten beiden te hulp.
Maar hebben geen idee hoe het ding aan de praat te krijgen.
De technische dienst wordt gebeld, maar die heeft geen tijd of zin om hem te maken.
“Het is hier niet druk bij die Expo”, grijns ik tegen de begeleidster, “ik ben de enige.”
“Er komen hier inderdaad niet veel mensen”, zegt ze, “de mensen die hier komen, komen van buiten de stad. Soms iemand uit Groningen.”
En dan deze verdwaalde gast uit Parkwijk die twijfelt of hij voor deze Expo wel 7,50 euro toegang over heeft.