Jatten op de Floriade

Mijn vrouw Jessica wil de Floriade wel eens zien: “Eens kijken waar al die honderden miljoenen aan uitgegeven worden.”
Gelukkig heb ik een illegale pas waar ik niet voor betaald heb. En Jessica krijg ik ook gratis binnen. Over het hoe daarvan zwijg ik natuurlijk als het graf.
Als Jessica had moeten betalen was ze niet gegaan.

In het houten Natural Paviljoen schraapt Jessica eens met haar schoen over tegels die van groente-zaden zijn gemaakt. “De zaadjes laten los”,  wijst ze, “hoef ik niet in mijn huis, geeft te veel rotzooi. Ik blijf stofzuigen.”
Snel zijn we weer buiten.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Op naar Duitsland.
Eerst maar eens in de Stube neerstrijken voor kaffee mit kuchen. Gelukkig is mijn Deutsch nog goed, want ik moet naar het toilet, maar dat is er niet in het paviljoen. Tien minuten later ben ik terug, Jessica kijkt me blazend aan. “Die ober is al twee keer geweest.”Maar uiteindelijk zijn we 19 euro later gelaafd en betreden het paviljoen. Jessica stuurt talloze foto’s door naar onze dochter: ‘dit is leuk voor je tuin.’

Dan lopen we het paviljoen van Sudan binnen.  Een souvernirman gaat dicht tegen Jessica aan staan: “Kopen, kopen”, zegt hij, wijzend op de snuisterijen in het gebouwtje.
“Man, ik ben niet op vakantie”, moppert Jessica, “ik koop en betaal niks.”
“Henna-tattoo zetten?” , dringt de man aan.
“Sodemieter op”,  sist Jessica, “hier heb ik zo’n hekel aan.”
We gaan naar Qatar.
“Juist ja”, klinkt het, “laten we naar de Emiraten gaan.”
Dat paviljoen kan de goedkeuring krijgen. Hier ziet ze wat ze doen met zout water.

“Laten we met de kabelbaan gaan”, zeg ik.
“Wat moet ik in die kabelbaan”, zegt Jessica. Ze loopt het Amsterdam-Almere-paviljoen binnen.
“Nergens staan bordjes” , moppert ze. “Wat een rommeltje.”

Dan wandelen we wat rond.
Jessica blijft af en toe staan om foto’s voor onze dochter te maken.
En overal jat ze zaadjes. Daar was ze goed op voorbereid, want ze had een stapel papieren zakjes meegenomen.

Thailand-paviljoen

“Kom, we gaan naar dat Chinese restaurant”.
Jessica bedoelt het paviljoen van Thailand.
Het staat vol met orchideeën.
“Mooi”, is de conclusie, leuk voor onze andere dochter.
Daar staat de vensterbank vol met die planten.

“Hoe vind je het nu” , vraag ik.
“Erg leuk, misschien wel leuker dan de tuinen van Appeltern.”
“Maar wat heb je nu geleerd van Greening the city, Feeding the city, Healtying the City en Energizing the City?”, wil ik weten bij de uitgang.
“Helemaal niks”, is het besliste antwoord. “Ik had veel meer innovatieve biologische tuin- en landbouw verwacht. Jij zegt dat het een wereldtuinbouwtentoonstelling is. Ik zie alleen maar sierplanten.”
Nu heb ik het weer gedaan.

“Ik vond het best leuk op de Floriade”, zegt mijn vrouw Jessica als we het park verlaten. “Net of ik op een tuincentrum loop om tuin-ideeën op te doen.”
“Wij hebben helemaal geen tuin” , brom ik.
“Nee, maar onze dochter wel”, zegt ze, “daarom heb overal zaadjes voor haar gepikt.”
Ze appt onze dochter dat het voor haar leuk is om en keer naar de Floriade te gaan.
‘Kan ik dan gratis mee? Ik ga er natuurlijk niet voor betalen’ , is het antwoord.
Zo moeder zo dochter.
Dat kan dus geregeld worden.
Kunnen ze mooi samen zaadjes pikken.
‘O ja”, appt Jessica, ‘laat je kinderen thuis, die hebben hier niks aan.’

Nawoord:
Ik vond het weer heerlijk wandelen op de Floriade. En… we hadden alle ruimte

Floriade zondagmiddag 7 augustus om 13.00 uur

Dit bericht is geplaatst in Blog. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *