“Hoe halen jullie het in je hoofd om de Floriade terug te brengen tot ‘het F-woord’. Daarmee stellen jullie het evenement in een negatief daglicht”, briest een politicus tegen Marcel en mij.
Zoals gebruikelijk bieren Marcel en ik na een politieke bijeenkomst in Café op 2. We hebben net het eerste verkiezingsdebat voor de gemeenteraadsverkiezingen 2018 in de nieuwebibliotheek achter de rug en daar hoort cafébezoek bij.
Marcel verordonneerde bij het debat dat het ‘F-woord’ pas bediscussieerd kon worden als hij daar het sein voor gaf.”
“Het was een grapje hoor”, zegt Marcel. “Cabaret. Net zoals we het coffeeshopbeleid benoemden als ‘Blowing Green City’. De Floriade wordt Growing Green City genoemd, Humor.”
“Dat is geen humor”, blaast de politicus, “jullie nemen – door de Floriade terug te brengen tot het ‘F-woord’ – stelling in. Jullie beoordelen als journalisten de Florida negatief.”
“Humor, joh”, zeg ik nog eens.
De ogen van de politicus bliksemen.
“Nou breekt mijn klomp”, zeg ik tegen Marcel, “dat vage burgercollectiefje tegen de Floriade vindt dat we als journalisten vóór de Floriade zijn, en deze politicus vindt dat we tégen de Floriade zijn.”
“Dat betekent dat we het goed doen”, zegt Marcel. “Als journalist hebben we geen mening. We schrijven alleen maar op wat we horen en zien. ”
De politicus beent boos weg.
Marcel en ik proosten lachend.
En wenken het meisje voor een nieuwe ronde.